De rechtbank Limburg heeft de 54-jarige Roberto H. veroordeeld tot een gevangenisstraf van 20 jaren en tbs met verpleging voor de moord op zijn ex-vriendin. Het destijds 42-jarige slachtoffer werd op 10 juli 2019 op klaarlichte dag in Kerkrade om het leven gebracht. Haar keel was bijna volledig doorgesneden en er was met een mes in haar borst gestoken.
Verklaring verdachte
H. heeft bekend dat hij zijn ex-vriendin, met wie hij zo’n 8 jaren een relatie heeft gehad, heeft gedood. Volgens H. was de dood een ongeluk. Hij wilde, ondanks een contactverbod waar hij zich aan moest houden, met het slachtoffer praten en is daarom naar haar woning gegaan toen hij wist dat zij thuis was. Volgens H. sloeg het slachtoffer hem, waarna het mes, dat hij bij zich droeg, op de grond viel. Het slachtoffer pakte dit mes vervolgens op en stak hem. H. stelt dat hij zich tegen deze aanval moest verdedigen en dat hij daarbij te ver is gegaan.
Opzet en voorbedachte raad
De rechtbank gelooft H. niet. Uit de manier waarop het dodelijke letsel is toegebracht, leidt de rechtbank af dat het niet anders kan dan dat hij opzet had op de dood van het slachtoffer. Ook vindt de rechtbank bewezen dat H. heeft gehandeld met voorbedachte raad. Dit betekent dat er sprake is van moord. Uit het dossier blijkt dat hij in de weken voorafgaand aan de dood tegen familie van het slachtoffer heeft verteld dat hij haar wilde doden. Enkele dagen voor de dood schakelde hij de hulp in van een vrouw die hem in contact bracht met het slachtoffer en ervoor zorgde dat hij wist wanneer het slachtoffer thuis zou zijn. Toen hij wist dat het slachtoffer thuis was, heeft hij een mes gekocht bij Albert Heijn en is hij gewapend met dit mes naar haar woning gegaan. Daar heeft hij in een steegje naast de woning gewacht totdat de vrouw die hij had ingeschakeld hem vertelde waar het slachtoffer zich precies bevond. Vervolgens heeft hij zijn eerder opgevatte plan in een kort tijdsbestek tot uitvoering gebracht: hij is de tuin in gerend en heeft het slachtoffer met het mes direct dodelijk verwond. Voorafgaand aan de moord heeft hij zijn zoon gebeld met de mededeling dat hij ‘het’ ging doen. Vlak na het steekincident heeft hij zijn zoon gebeld met de mededeling dat hij ‘het’ had gedaan: dit kan volgens de rechtbank niets anders betekenen dan dat hij aan zijn zoon heeft verteld dat hij het plan om het slachtoffer te doden tot uitvoering had gebracht.
Geen levenslange gevangenisstraf
De officieren van justitie hebben een levenslange gevangenisstraf geëist. De rechtbank vindt een levenslange gevangenisstraf geen passende straf. H. is volgens de deskundigen van het Pieter Baan Centrum namelijk verminderd toerekeningsvatbaar en de deskundigen zien nog mogelijkheden om de verdachte te behandelen. De rechtbank heeft het advies van de deskundigen gevolgd en de maatregel van tbs met verpleging van overheidswege aan H. opgelegd. Daarnaast heeft de rechtbank een gevangenisstraf voor de duur van 20 jaren opgelegd.